U kunt het lettertype instellen voor de gehele tabel.

1. Selecteer de tabel.

2. Klik op de tab 'Tekst' boven in de navigatiekolom aan de rechterkant.

   Als u geen navigatiekolom ziet of als deze geen tab 'Tekst' bevat, klikt u op in de knoppenbalk.

3. Klik op het venstermenu boven in de navigatiekolom en kies een stijl.

Meer informatie over het gebruik van tekststijlen is te vinden in Alineastijlen gebruiken.

U kunt het lettertype, de kleur, de grootte en andere kenmerken van tekst in tabelcellen wijzigen.

1. Voer een van de volgende stappen uit:

   • Alle tekst in een tabel wijzigen: Selecteer de tabel.

   • De tekst in specifieke cellen wijzigen: Selecteer de cellen met de tekst die u wilt wijzigen.

2. Klik in het tabblad 'Tekst' van de navigatiekolom 'Opmaak' op het venstermenu boven in de navigatiekolom en kies een alineastijl of gebruik de regelaars onder 'Lettertype'.

   

   Meer informatie over tekststijlen is te vinden in Alineastijlen gebruiken.

Als de cel niet breed genoeg is om de tekst op één regel weer te geven, kunt u tekstomloop inschakelen, zodat de tekst over meerdere regels in de cel wordt verdeeld.

• Tekstomloop inschakelen in een cel: Klik op de cel terwijl u de Control-toets ingedrukt houdt en kies 'Tekstomloop'. Als 'Tekstomloop' is ingeschakeld, wordt ernaast een vinkje weergegeven.

• Tekstomloop inschakelen voor een rij of kolom: Selecteer de rij of kolom. Klik boven in de navigatiekolom aan de rechterkant op de tab 'Tekst' en schakel het aankruisvak 'Tekstomloop in cel' in.

  Als u geen navigatiekolom ziet of als deze geen tab 'Tekst' bevat, klikt u op in de knoppenbalk.

• Tekstomloop inschakelen voor alle tekst in een tabel: Selecteer de tabel. Klik in de navigatiekolom aan de rechterkant op de tab 'Tekst' en schakel het aankruisvak 'Tekstomloop in cel' in.