Inhoud toevoegen aan tabelcellen
U kunt op verschillende manieren inhoud aan een tabel toevoegen. U kunt zelf inhoud typen, inhoud van elders kopiëren en plakken, of tekst automatisch laten aanvullen.
Celinhoud wijzigen
Als de cel leeg is, klikt u erop en begint u met typen. Als de cel inhoud bevat, voert u een of meer van de volgende stappen uit:
Inhoud vervangen: Klik op de cel en begin met typen. De bestaande inhoud wordt overschreven.
Inhoud wijzigen: Klik dubbel op de cel om het invoegpunt weer te geven en begin met typen. Om het invoegpunt te verplaatsen, klikt u op de gewenste plaats en begint u met typen. U kunt een alinea-einde invoegen door de Option- en Return-toets tegelijkertijd in te drukken.
Cellen selecteren
Een cel selecteren: Klik erop.
-
Een cellenbereik selecteren: Klik op een cel en sleep een selectiegreep (witte stip) in de gewenste richting totdat het gewenste celbereik wordt gemarkeerd.
Als u de gele stip sleept, kopieert u de celinhoud naar de rijen waar u overheen sleept. Als u dit per ongeluk doet, sleept u de gele stip terug naar de oorspronkelijke plaats of drukt u op Command + Z om de bewerking ongedaan te maken.
Afzonderlijke cellen selecteren: Klik op een cel en klik met de Command-toets ingedrukt op de andere cellen.
Inhoud uit tabelcellen verwijderen
-
Selecteer cellen en voer een van de volgende stappen uit:
De inhoud verwijderen, maar de gegevensnotatie, tekststijl en celstijl behouden: Druk daarna op de Delete-toets.
Alle gegevens, opmaak en stijlen verwijderen: Kies 'Wijzig' > 'Wis alles' (uit het Wijzig-menu boven in het scherm).
Cellen automatisch vullen
U kunt snel de inhoud van geselecteerde cellen aan aangrenzende cellen toevoegen zonder tekst te typen. U kunt ook een rij of kolom vullen met een logische gegevensreeks, bijvoorbeeld een reeks cijfers, datums of letters.
-
Voer een of meer van de volgende stappen uit:
-
Cellen automatisch vullen op basis van de inhoud van een of meer aangrenzende cellen: Selecteer cellen met de inhoud die u wilt kopiëren en plaats vervolgens de aanwijzer op een rand van de selectie totdat een gele selectiegreep voor automatisch vullen wordt weergegeven. Sleep de greep over de cellen waar u de inhoud wilt toevoegen.
In de geselecteerde cellen aanwezige gegevens en een eventuele celnotatie, formule of opvulling worden toegevoegd, maar dit geldt niet voor opmerkingen. Met automatisch vullen worden bestaande gegevens overschreven door de waarde die u toevoegt.
-
Aangrenzende cellen automatisch vullen met een reeks of patroon: Typ de eerste twee onderdelen in de reeks in de eerste twee hoofdtekstcellen van de rij of kolom die u wilt vullen. Typ bijvoorbeeld A en B. Beweeg de aanwijzer over een rand van de selectie totdat een gele greep voor automatisch vullen verschijnt. Sleep vervolgens de greep over de cellen die u wilt vullen.
U kunt cellen automatisch vullen met een patroon van waarden. Als twee geselecteerde cellen bijvoorbeeld de waarden '1' en '4' bevatten, worden aan de twee aangrenzende cellen de waarden '7' en '10' toegevoegd (bij de volgende waarde wordt steeds 3 opgeteld).
-
Met automatisch vullen wordt geen blijvende relatie tot stand gebracht tussen cellen in de groep. Nadat u cellen automatisch hebt gevuld, kunt u de inhoud van elke cel afzonderlijk aanpassen.
Wanneer u cellen automatisch vult, worden formules die naar die cellen verwijzen, automatisch bijgewerkt, zodat ze de nieuwe waarde gebruiken.
Cellen kopiëren en plakken
Als u een cel kopieert, of de gegevens in een cel naar een nieuwe locatie verplaatst, worden alle eigenschappen van de cel eveneens gekopieerd, zoals de gegevensnotatie, opvulling, rand en opmerkingen.
De rij en kolom van een cel markeren
U kunt de rij en kolom van een cel tijdelijk met blauw laten markeren terwijl u de aanwijzer over een tabel beweegt. In een grotere tabel maakt dit het gemakkelijk om de kolom- en rijverwijzingen voor specifieke cellen te zien.
Druk op de Option-toets terwijl u de aanwijzer over een cel beweegt.